Gisteren was mijn eerste dag op een echte tuinderij,
de Lepelaar in 't Rijpje, vlakbij Alkmaar. Het was een testdag en die beviel mij goed. Ik ontmoette hier Jan Schrijver, Inge Schrijver De Roos en Joris Kollewijn die de Lepelaar runnen. Met de vriendin van Joris, Renske - die haar doctoraal geneeskunde heeft en af en toe op het bedrijf helpt-, begon ik met de tomatenpluk in de kas.
|
Met een karretje vol bakken tussen de rijen tomaten |
Je kon merken dat het einde van het seizoen naderde, want de tomaten waren door de droogte in de kas een beetje aangetast. Het is een gevoelig gewas. Er leek
phytophthora (aardappelziekte) in te zitten, hoewel dat zich verspreidt in vochtige omstandigheden, of meeldauw. Dit moet ik nog eens navragen. Zeker was dat de meeldauw de peterselie had aangetast. Door alles eraf te snijden, kan de nieuwe groei vrij van meeldauw blijven, ook omdat het seizoen nu vochtiger wordt en de meeldauw minder kans heeft.
|
De wit uitgeslagen peterselie (meeldauw) |
Een andere pesterij kwam van de
witte vlieg die vooral één deel van de kas had veroverd. De gangbare tuinder spuit hem weg (met giftige middelen), de biologische tuinder lost het op met vliegenvangers.
|
De vliegenvanger, nu nog geel, straks wit van de vliegjes |
Dat je veel diverse dingen kan doen op een dag is geweldig. Naast tomaat en peterselie hebben we ook nog 1000 kilo witte kool transportklaar gemaakt. Eerst worden ze geoogst (van dit veld kwamen heel grote) en opgeslagen in de koeling als ze niet meteen verwerkt kunnen worden. Vervolgens worden ze schoongesneden en op een transportband gelegd, om geselecteerd te worden in > 1500 gram, tussen 800 - 1500 gram en <800 gram. In zakken van 10 kilo per categorie gaan ze in een grote kartonnen doos, waar honderd zakken inpassen.
|
1000 kilo witte kool |
Vanochtend belde ik Jan Schrijver om zijn ervaring te horen over mijn eerste werkdag. Mijn ervaring was positief, maar ik had nog wel de vraag of voor alles de gelegenheid is om te leren: frezen, teeltplannen maken, oogsten, afnemers leren kennen, enz. Jan reageerde ook positief, had er vertrouwen in en vertelde dat hij het instapniveau niet zo belangrijk vindt, maar wel de ontwikkeling. En ook dat alle aspecten van het bedrijf aan bod komen. En zo werd de Lepelaar mijn stagebedrijf. Te gek!